IND mag tweede asielaanvraag (gebaseerd op mensenhandel minderjarige) in dit geval niet zo maar afwijzen omdat in het eerste Nader Gehoor hierover niets is gezegd (Uitspraak ABRRvS)

LJN: BL0264, Raad van State , 200904260/1/V3

Datum uitspraak: 15-01-2010
Datum publicatie: 22-01-2010
Rechtsgebied: Vreemdelingen
Soort procedure: Hoger beroep
Inhoudsindicatie: Voor zover de staatssecretaris klaagt dat de rechtbank niet heeft onderkend dat het uitstellen van het nader gehoor in strijd is met artikel 31, eerste lid, van de Vw 2000, faalt zijn betoog, reeds omdat in dit artikel geen termijn voor het afnemen van het nader gehoor is gesteld.
De staatssecretaris betoogt evenwel terecht dat hij op grond van de door de vreemdeling ingeroepen internationaalrechtelijke bepalingen en het bepaalde bij of krachtens de Vw 2000 niet verplicht is drie maanden met het nader gehoor en de besluitvorming op de asielaanvraag te wachten tot de 'deprogrammering' heeft plaatsgevonden en dat hij evenmin als vaste werkwijze hanteert dat een vreemdeling die in de beschermde opvang is geplaatst, eerst na drie maanden wordt gehoord. De grief kan, gelet op het volgende, evenwel niet tot vernietiging van de aangevallen uitspraak leiden.
Hoewel de staatssecretaris terecht stelt dat het in het algemeen aan de vreemdeling is zijn asielrelaas naar voren te brengen en er geen wettelijke verplichting bestaat bij gebreke van een relaas over mensenhandel de vreemdeling daarnaar te vragen, heeft hij zich, gelet op het voorgaande, in dit geval niet zonder meer op het standpunt kunnen stellen dat de vreemdeling reeds ten tijde van het nader gehoor op 18 februari 2008 in staat was uit eigen beweging een eventueel relaas over mensenhandel naar voren te brengen. Dit geldt te meer nu de staatssecretaris het, gelet op overweging 2.3., noodzakelijk acht vreemdelingen die in de beschermde opvang worden geplaatst, uitdrukkelijk voor te lichten over mensenhandel, uitbuiting en prostitutie. Dat de vreemdeling na afloop van het nader gehoor heeft verklaard alles te hebben verteld wat van belang was voor de beoordeling van zijn aanvraag, kan daaraan in het licht van de brief van 11 maart 2009 niet afdoen.
De rechtbank heeft dan ook terecht geoordeeld dat zonder nadere motivering niet valt in te zien dat van de vreemdeling reeds tijdens het nader gehoor verwacht mocht worden dat hij, onafhankelijk van een door mensensmokkelaars ingeprent relaas, overeenkomstig de werkelijkheid zou verklaren.

www.rechtspraak.nl



Reacties

Populaire posts van deze blog

Stichting LOS schreef boek "Post Deportation Risk" over de mensenrechten situatie na terugkeer

𝗪𝗼𝗲𝗻𝘀𝗱𝗮𝗴 𝟭𝟳 𝗷𝗮𝗻𝘂𝗮𝗿𝗶 𝘂𝗶𝘁𝘀𝗽𝗿𝗮𝗮𝗸 𝗼𝘃𝗲𝗿 𝘁𝗶𝗷𝗱𝗲𝗹𝗶𝗷𝗸𝗲 𝗯𝗲𝘀𝗰𝗵𝗲𝗿𝗺𝗶𝗻𝗴 𝘃𝗮𝗻 ‘𝗱𝗲𝗿𝗱𝗲𝗹𝗮𝗻𝗱𝗲𝗿𝘀’

VACATURE: Programma manager bij Forum voor Programma Immigratie & Burgerschap (Migratierecht)

Immigratiedienst: Minder vaak voordeel van twijfel voor asielzoeker

Interview met Aad van Elswijk, advocaat vreemdelingenrecht te Rotterdam

Wat als je vergeten bent je verblijfsvergunning te verlengen?

Vraag: Kan ik mijn oude moeder naar Nederland halen?

UItspraak: Artikel 8 EVRM bij volwassen gezinsleden (moeder bij dochter)

Interview met Anton Kleijweg, advocaat vreemdelingenrecht te Voorburg (update: tegenwoordig in Den Haag)

VACATURE: Operationeel Manager Juridische Zaken IND Den Haag